Voor bijna 900.000 huishoudens kan 2022 in meerdere opzichten duur uitvallen. Niet alleen vanwege prijsstijgingen. Wie meer dan 50.000 euro aan vermogen heeft – of 100.000 euro voor wie samenleeft als fiscaal koppel – krijgt daarnaast te maken met een fictief hoog rendement in de beruchte box 3, meldt De Telegraaf.
Zo berekende vermogensexpert René Bruel van ABN AMRO MeesPierson dat na het spaartaks debacle, nu de mensen met “overige bezittingen” weleens de pineut kunnen zijn. In 2023 wordt volgens Bruel over het vermogen – dat niet in de categorie “banktegoeden” valt – een rendement van 6,17 procent gerekend. Over 2022 gaat het om 5,53 procent.
“Een pittig percentage voor bijvoorbeeld tweede huizenbezitters als de huizenprijzen dit jaar blijven dalen, zoals voorspeld is.” Beleggers zitten dan vast aan het veronderstelde rendement van 6,17 procent, terwijl het werkelijke rendement veel lager uit zal vallen voor dat jaar. Ook staat nu vast dat dit percentage in 2024 zal uitkomen op 6,04 procent, zo berekende Bruel.
“Spaarders zullen deze keer niet zo snel piepen”, verwacht Bruel. “Maar beleggers zullen naar de rechter stappen als hun werkelijke rendementen tegenvallen. En met het kerstarrest van de Hoge Raad in de hand maken ze volgens mij goede kans om gelijk te krijgen”, zegt hij tegen het FD.
Het FD heeft navraag gedaan bij het ministerie van Financiën. Die laat weten dat de berekening van Bruel klopt. Het is echter nog onzeker of de formule die daar tot nu toe voor is gebruikt ongewijzigd blijft. Die kan veranderen naar aanleiding van een motie van de Tweede Kamer, aldus Financiën.