Het kabinet wil de rechtsregels voor personenvennootschappen moderniseren. Daarmee moet het voor ondernemers makkelijker worden om een bedrijf te starten. Het doel is om deze laagdrempelige rechtsvorm beter te laten aansluiten bij de wensen die vanuit de praktijk komen. U kunt uw op- en aanmerkingen op dit wetsvoorstel kwijt via de internetconsultatie die het ministerie van Justitie is gestart.
Er zijn in Nederland meer dan 230.000 personenvennootschappen in de vorm van maatschap, vennootschap onder firma (vof) en commanditaire vennootschap (cv). Vooral in het midden- en kleinbedrijf (mkb), in de agrarische sector en de dienstverlening wordt gebruikgemaakt van deze personenvennootschappen.
De bestaande wet is verouderd en voldoet niet meer aan de dagelijkse praktijk van ondernemers en beroepsbeoefenaren. Het is nu bijvoorbeeld veel te ingewikkeld voor nieuwe vennoten om toe te treden. Onder de huidige regels houdt de vennootschap ook op te bestaan als een vennoot wil uittreden. Dat maakt het niet gemakkelijker om een bedrijf te laten groeien of over te dragen. De huidige wet heeft ook tot gevolg dat wie met een personenvennootschap handelt, niet altijd weet wie zij voor (welk deel van) een schuld kunnen aanspreken.
De minister wil met de herziening ondernemerschap verder stimuleren, het makkelijker maken om zaken toe doen en de concurrentiepositie van personenvennootschappen te versterken. Hij creëert met de nieuwe voorstellen een situatie waarin ondernemers en beroepsbeoefenaren in een personenvennootschap nieuwe stijl flexibeler kunnen opereren. Het wetsvoorstel biedt ook duidelijkheid over de rechten en plichten van vennoten en wanneer zij aansprakelijk zijn voor schulden. In het verlengde daarvan wordt het ook mogelijk om aanspraak op winst te verpanden, zodat geldverstrekkers minder risico lopen.
In de nieuwe situatie bestaan er nog maar twee personenvennootschap rechtsvormen. Dat zijn de vennootschap en de commanditaire vennootschap. De maatschap en de vennootschap onder firma blijven qua naam bestaan, maar de verschillen verdwijnen. Zo worden vennoten voortaan altijd voor het volledige bedrag aansprakelijk. Wel ontstaat de mogelijkheid om bij een opdracht voor de vennootschap, de aansprakelijkheid kan worden beperkt tot de vennoot aan wie de opdracht uitdrukkelijk is toevertrouwd. Ook dat is een behoefte die in de praktijk vaak is geuit.